Vanaf april 1946 konden beide OVW-bataljons worden ontplooid vanaf Malakka naar Java, Nederlands-Indië. In eerste instantie in Batavia en omgeving, later ook naar de ommelanden tot aan Buitenzorg. De militairen schrokken van wat ze aantroffen. Een haveloze bende, onveilig, een bange bevolking en op tal van plaatsen ellende en een bevolking die onvoldoende te eten had. Basisveiligheid had de zelfverklaarde Republiek Indonesië vanaf augustus 1945 nog niet kunnen verschaffen. Slechts licht bewapend met geweren, stens en brens en wat handgranaten. De mortieren zouden later wel komen. Ook het transport was “zwaar pet”. De situatie was dermate onveilig in Batavia en omgeving dat het niet verstandig was in de avonduren zich zelfstandig en/of onbewapend te verplaatsen.

Er werd op twee terreinen onmiddellijk aangepakt. Er werd assistentie verleend bij het openen van de diverse massagraven met slachtoffers van de Bersiap. Diep getroffen werden de militairen bij het aanzien van de wreedheid waarmee slachtoffers waren omgebracht. Het zicht van jonge moeders met de baby aan hun borst, doorboord met bamboesperen, de fragmenten van de touwen waarmee mensen ruw aaneen waren gebonden, het moet een onuitwisbare indruk hebben gemaakt op deze militairen.

Vandaar dat we bij beide bataljons al snel voorbeelden zien van weeskinderen die in hun gelederen worden opgevangen. Verzorgd, gevoed en veilig in hun kamp opgenomen. Een deel van deze kinderen werd liefdevol opgenomen in opgerichte weeshuizen in Batavia. Maar meerdere kinderen werden geadopteerd door deze eenheden en werden meegenomen toen deze bataljons werden verplaatst naar Sumatra. De kinderen waren blij dat zij veilig waren.

Enkele foto’s ter illustratie. Minder bekend is dat deze weeskinderen achter moesten blijven in weeshuizen toen Nederlandse militairen werden gerepatrieerd. Kinderen werden ondergebracht bij missionarissen, bij kerken en op tal van plaatsen waar hun toekomst werd veiliggesteld. Nog minder bekend is dat tal van Indië-veteranen na terugkeer gelden beschikbaar bleven stellen voor opvoeding en onderwijs van deze kinderen. Tot aan universitaire opleidingen toe. Er zijn verhalen bekend van veteranen die later als toerist teruggingen naar Indonesië en “hun” bataljonskinderen opzochten. Dat waren emotionele ontmoetingen. Doe goed en zie niet om.